Rudi's Stroopwafels

Vader en zoon aan het werk in de kraam

Markten waar dan ook hebben iets romantisch. Ze horen bij een wereld die grotendeels is verdwenen, iets om nostalgisch van te worden. Veel markthandel wordt bedreven door families. Zo ook op de Albert Cuyp.

Vóór corona hadden Rudi en zijn familie het zo druk, dat ze de stilstand wel even “lekker rustig” vonden. Maar dat is nu voorbij. Als ik op een zaterdag langs kom, gaan de stroopwafels onafgebroken over de toonbank, in het Nederlands en het Engels. Klanten weten de oudste stroopwafelstal van over de hele wereld te vinden, en sites zoals tripadvisor helpen een handje. Zelfs op een natte winterdag staat er een rij toeristen voor de kraam, wachtend tot ze aan de beurt zijn, schuilend onder hun paraplu’s.

De stroopwafelbakkers hebben een zogenaamde ‘Efteling-opstelling’ gemaakt, hun klanten wachten in een slinger. “Misschien kennen ze ons in het buitenland nog wel beter dan hier”, zegt vader Rudi. Hij is er meestal alleen nog op vrijdag of zaterdag. “Vlak voor hun terugreis kopen ze nog wat stroopwafels of een stroopwafelblik en ze zijn blij verheugd als dat blik nog gevuld wordt met een pak stroopwafels.”

Gelukkig heeft Rudi ook nog zijn vaste klanten uit Amsterdam. Als die geen zin hebben om zich in de rij wachtenden te voegen, helpt Rudi ze aan de achterdeur. Het zijn tevreden klanten, van wie sommigen al sinds hun kindertijd stroopwafels komen eten. “De markt is er alleen maar beter op geworden”, zegt een klant. “Lekker multi-culti, altijd gezellig en veel nieuwe stallen.”

 

(Rineke van Daalen - april 2023)