“Lekker kleurtje buurvrouw!” Ze leunde over de reling van het balkon. “Ik kom net uit Portugal. We hebben gekampeerd tussen de vijgenbomen. Zo dicht bij de natuur en iedere dag verse vijgen plukken”. Haar wangen hadden een lichte blos.
“Wat zul je dan lekker uitgerust zijn buurvrouw”. Ze keek verdrietig. “Ik kom niet op gang, ik ben moe, geïrriteerd en een beetje somber, terwijl mijn vakantie zo leuk was.” Ik keek naar boven.
“Volgens mij heb jij last van het ‘post holiday syndrome’. Ze schrok: “Is het zo erg met mij?” Ik moest lachen. ‘Nee joh, ik heb erover gelezen. Het heet ook wel de vakantieblues. Je moet omschakelen naar je gewone leven en dat gaat gepaard met emoties.” Ze ontspande.
“Hoe kom ik er dan weer vanaf?” Ik gaf haar een paar tips. “Ga niet gelijk werken maar neem eerst een paar dagen rust. Doe wat je leuk vond tijdens vakantie na terugkomst ook thuis, zoals zwemmen of wandelen. Ga lekker Portugees eten om het vakantiegevoel vast te houden.” Bij het horen van het woord eten lichtten haar ogen op.
Ik ging verder. “Ik had je voor dat vakantiegevoel graag de enige rijpe vrucht van mijn vijgenboom gegeven. Helaas heeft iemand hem geplukt. Nu moet je nog even wachten tot de andere vijgen rijp zijn”. Ik zag de blos op haar gezicht opkleuren.
“Is het waar wat ik denk buurvrouw?” Ze keek beteuterd. “Laat ik maar eerlijk zijn buurman, ik kon er niet van afblijven. Hij zag er zo lekker uit en de vijgenboom deed me aan de camping denken”. Ik treurde een moment over het verlies van mijn enige rijpe vijg en riep: “Je weet toch dat je van andermans spullen af moet blijven”. Ze knikte. “Ik werd al snel gestraft. Na de laatste hap kreeg ik pas echt heimwee naar Portugal.”