Herinrichting stadsdeelwerf Pieter Aertszstraat: gemiste kans?

Frans Hals-tuinen

Het terrein van de voormalige stadsdeelwerf achter Pieter Aertszstraat 5 wordt heringericht. Het is in eigendom van het gemeentelijk vastgoedbedrijf. Een unieke kans om er iets moois van te maken voor bewoners in onze drukke en volle buurt. Een aantal mensen zou er graag een buurttuinencomplex van maken, zoals in de Frans Hals-tuinen. Daar beheren bewoners uit de omliggende wijk het binnenterrein, dat alleen toegankelijk is voor leden met een sleutel. Het is een oase van rust en diversiteit, al 35 jaar zonder noemenswaardige problemen.

Voorheen was het terrein achter de poort bij Pieter Aertszstraat 5 stadsdeelwerf. Karretjes van de reiniging vertrokken luidruchtig vanaf het bestraatte terrein. Dat gaf veel herrie en overlast. De direct omwonenden willen graag rust en de zekerheid dat niet iedereen zomaar het terrein op kan en via de achterdeur binnen kan komen. Maar is afsluiten van het terrein de enige optie?

Rust en privacy
De gemeente wil vooral voorkomen dat wrijving ontstaat met direct omwonenden door geluidsoverlast en gebrek aan privacy. In de online bijeenkomsten die het ambtelijke projectteam organiseerde, speelde dit een hoofdrol: “De mogelijkheid voor een semi-open inrichting werd besproken. Sommigen voelen daar wat voor, maar een even groot deel geeft aan de voorkeur te hebben voor een afgesloten terrein. Belangrijke overwegingen hierbij zijn veiligheid en zorgen om geluidsoverlast.” (Uit: verslag eerste bijeenkomst 14 oktober 2020).

Een verzoek van bewoners om alternatieven te bespreken die eveneens rust en voldoende privacy en veiligheid konden garanderen kreeg geen kans. Tekeningen of foto’s van alternatieve plannen, zoals van de Frans-Halstuinen, mochten van het projectteam niet worden getoond. Alleen tekeningen van het projectteam vormden uitgangspunt van gesprek. Zo was er geen wezenlijke afweging van alternatieven mogelijk. Is dat niet jammer als het gaat om een terrein van de gemeente, waar de hele buurt iets aan zou kunnen hebben? En is het niet strijdig met een ander uitgangspunt van de gemeente: participatie?

Onderhoudsarm
Het project wordt georganiseerd door ambtenaren, die de indeling maken. Die wordt vast leuk, rainproof en divers, maar wel onderhoudsarm. Het projectteam heeft al bepaald dat het terrein gesloten blijft, op basis van een peiling bij een zeer beperkt aantal deelnemers aan de eerste bijeenkomst. Van de 238 aangeschreven adressen van direct omwonenden was toen niet meer dan een dertigtal aanwezig. Uit het verslag van 14 oktober blijkt dat slechts de helft van de aanwezigen (“een even groot deel”) aan een gesloten terrein de voorkeur gaf. Een sleutelhoudersysteem was niet eens aan de orde geweest. Vrees voor overlast is terecht als je denkt dat Jan en Alleman maar op je binnenterrein kan komen.

Van ons allemaal
Een deel van de mensen die wonen op een bovenwoning rond het terrein of in een van de omliggende straten zouden misschien graag een tuintje willen in een gezamenlijk project. Op een terrein van de gemeente, dus van ons allemaal. Maar die vraag is hen niet voorgelegd.

Is de gemeente bang voor participatie van bewoners? Of voor tegengestelde meningen? Of is er een andere reden om bij de ontwikkeling van een gemeentelijk terrein niet te kiezen voor een open participatietraject? Het blijven onbeantwoorde vragen.

De besluitvorming is niet direct openbaar: het gemeentelijk vastgoedbedrijf beslist.