‘Wie maakt me los’

Hoe lang sta ik nu al aan dit hek? Dagen, weken, maanden, jaren …. en mijn banden die zijn lek; altijd staan ze buiten, maar ze krijgen geen lucht.

Soms leef ik zelfs een bandenloos bestaan en gaan alle remmen los, hoewel ik van nature helemaal geen bandeloos of ongeremd type ben. Ben ik daarom soms voorgoed aan de ketting gelegd? Niet aan mijn eigen ketting hoor, want die zit wel los. Ik ben volledig uitgeschakeld en rijd niemand meer in de wielen. Ik slijt mijn dagen aan het hek van het Sarphatipark.

Echt eenzaam ben ik niet, we zijn met vele. Ik zou zo  een lotgenotengroep kunnen oprichten, ware het dat we niet bij elkaar kunnen komen. Bovendien komen er dagelijks tientallen mensen voorbij die een blik op mij werpen, maar niemand die mij uit mijn benarde positie verlost. Ik heb zelfs een naam, ik ben een ‘weesfiets’, die naam heb ik gekregen van een gemeenteambtenaar. Maar niemand doet aangifte van mijn bestaan.

Begrijp me niet verkeerd, ik kan tegen een stootje, ik heb graag dat er flink op mij getrapt wordt zelfs, zo masochistisch ben ik wel, maar dit lot verdien ik toch niet? Terugtrappen of aan de bel trekken kan ik niet meer.

Het is een ongelijke strijd, ik leid een roestig bestaan in de marge. Kan iemand mij uitleggen hoe de vork in de steel zit? Wordt er in deze tijd niet meer naar wezen omgekeken? Terwijl ons aantal alleen maar groeit! Hoever moet het komen, voordat er actie wordt ondernomen? Ik ben een wees, maar ik voel mij meer en meer een wrak.

Langzaam verdwijn ik in het groen, om uiteindelijk geheel uit het zicht te verdwijnen. Dieren doen dat, als ze voelen dat hun einde nadert, ze verstoppen zich om te sterven. Ik ook. Ooit was ik een gave Gazelle, snel en wendbaar, maar nu ben ik verworden tot een ongezadeld en stuurloos stalen ros dat – als de echo van de Albert Cuyp – met zijn laatste krachten roept: ‘wie maakt me los, wie maakt me los’.


depijpinbeeld.blogspot.com