De Mountpijpbelt

Voor mijn deur huist de mooiste vuilnisbelt die je je kan voorstellen. In vol ornaat lacht hij me toe. En dan groet ik vriendelijk; dag bananenschil, dag volgepoepte luier, hey verrotte komkommer. Dag platgestampte Zalando doos, wat heb je voor moois gebracht? Hoi vergane bloemen, dag knabbelend ratje. Een nomadisch bestaan, want zo af en toe komen de mensen van de gemeente en nemen alles hardhandig mee. Dan verkassen al mijn begroete lievelingen naar de volgende belt. De zaadjes zijn (gelukkig) al gepland voor nakomelingen. En dus groet ik dan de kindjes, kleinkindjes en achterkleinkindjes van de oorspronkelijke bananenschil. De omvang neemt toe. Zo gaat dat met grote families. Tante raakt geïnspireerd door de vijf kinderen van haar broer. Ze maakt er zes, waardoor broer ook weer aan de slag gaat. Soms grijpt moeder dan in. Daar hoopte ik op, nu. Maar toen ik haar aanschreef met de woorden: ‘zwaai met uw toverstaf, gemeente Amsterdam!’, reageerde deze met ‘in verband met de coronacrisis ligt de prioriteit van onze werkzaamheden op dit moment bij de controle van de COVID-19-maatregelen’. Dat is waar! Dag vuilophaal busje dat mondkapjes uitdeelt. Dag vuilcontainers die desinfectiespray lozen. Flauw van mij. Ik had gewoon op een schouderklopje gehoopt na dat klikken. Gelukkig heb ik #deschonepijp aan mijn zijde. Laatst spotte ik een grote poster van hen tussen het afval van de Mountpijpbelt. “Vinden jullie dit normaal? Wij niet!”, stond erop. Misschien het nieuwe normaal? Het lijkt haast zo. Maar nieuw of oud, afval hoort niet op straat. Dikwijls is er nog ruimte in het ondergrondse afvalparadijs, dus maak er gebruik van! Dan zal ik wel nieuwe groetslachtoffers moeten vinden, maar dat neem ik graag voor lief. Dag schone pijpers!

(februari 2021)