Thea Lovers: een leven bij de Hema

Thea Lovers voor 'haar' HEMA

In De Pijp is het een komen en gaan van bewoners. Maar soms kom je een bewoner tegen die niet alleen geboren en getogen is in De Pijp maar er ook al een heel leven werkt.

Thea Lovers is zo iemand. Geboren in de Pijp en na bijna zesenveertig jaar trouwe dienst, was 9 oktober haar laatste werkdag bij de Hema in de Ferdinand Bolstraat.

Haar moeder werkte al in de Hema toen ze nog klein was. Als kind wilde Thea er ook al werken. Na een paar andere baantjes besloot ze in 1964 te beginnen met vakantiewerk bij de Hema. Ze is er tot haar pensioen blijven werken.

Lovers begon haar carrière bij ‘pannen en potten’ en werkte daarna lange tijd als eerste verkoopster bij de mode- en sieradenafdeling. Later werden de verschillende afdelingen steeds meer samengevoegd en werkte ze zowel in de winkel als achter de kassa. Er is door de jaren heen veel veranderd. “Vroeger waren er veel meer verkopers, soms wel tien per afdeling”. Oorspronkelijk was de Hema een dochteronderneming van de Bijenkorf.“

Toen de Bijenkorf het moeilijk kreeg, hebben wij als personeel van de Hema hun nog financieel geholpen. Daar hebben ze ons nooit voor bedankt en hier ben ik nog steeds boos over”.

Daarna werd de Hema nog een tijd ondergebracht in één onderneming met Praxis, M&S mode en de Hunkemöller. Sinds vier jaar is de Hema een op zichzelf staande winkelketen.

Ook de klanten zijn volgens haar de afgelopen vier decennia veranderd. Waar je vroeger nog voornamelijk gezinnen zag, zie je tegenwoordig steeds meer ouderen en jongelui, mensen tussen de 25 en 40 jaar. De Ferdinand Bolstraat omschrijft ze als “een erg gezellige straat die erg veranderd is. Ik vind het jammer dat er tegenwoordig steeds meer computerzaken bijkomen. Vroeger zag je hier meer grote modehuizen maar die zijn helaas bijna allemaal verdwenen”.

Ook De Pijp is veranderd: “Tegenwoordig is het een yuppenbuurt en zie je meer studenten en steeds minder gezinnen. Daar zijn de woningen nu te klein voor”.

Ook al is er sinds de komst van de Noord/Zuidlijn veel overlast op de Ferdinand Bolstraat, de vaste klanten blijven gewoon komen. “Aan het lawaai ben ik inmiddels wel gewend als ik werk, het zijn vooral de klanten die erover klagen. We hebben wel een wat stillere periode gehad maar dat had meer te maken met de crisis”. Achter de kassa had ze het meeste contact met de klanten, vooral ouderen zien graag een bekend gezicht van iemand die nog even een praatje met ze maakt. Ze heeft in die zes en veertig jaar heel wat meegemaakt en helaas niet alleen maar leuke ervaringen. Zo is er vroeger een keer ingebroken. “Ik kwam maandag in de winkel en alles was overhoop gehaald, zelfs de prullenbakken waren ondergepiest, echt een rotzooi was het”. Er wordt regelmatig gestolen bij de Hema. Ze is ooit achter iemand aangegaan die een mes bij zich bleek te hebben. “Gelukkig ben ik er goed vanaf gekomen maar de schrik zat er wel goed in! Dat deed ik daarna dus niet meer”.

Thea zal niet zozeer het werk bij de Hema missen, maar meer het dagelijkse contact met haar collega’s. Het werk werd haar te zwaar, maar met haar collega’s blijft ze gewoon afspreken in haar vrije tijd. In de toekomst gaat ze doen waar ze zelf zin in heeft: “Lekker van mijn vrije tijd genieten en tijd maken voor mijn hobby’s. Zo maak ik zelf kaarten en heb ik net een computer aangeschaft”.

De Hema zal Thea zeker nog terug zien. Ze zal er nog regelmatig langsgaan om boodschappen te doen en haar collega’s gedag te zeggen. De Hema blijft een deel van haar leven.