Repair Café De Pijp vindt onderdak bij Voedselbank

Reparateurs aan het werk in de vernieuwde ruimte van de Voedselbank aan de Lutmastraat

De handige mannen en vrouwen van het maandelijkse Repair Café zijn al jarenlang een fenomeen in De Pijp. Ze repareren alles wat stuk is, van kleding tot stofzuigers en van platenspelers tot waterkokers. Wegens een ingrijpende verbouwing van de locatie aan de Tweede Jan van der Heijdenstraat moesten ze uitwijken naar een nieuwe plek. Op 23 februari streken de herstellers neer op de werf van de Voedselbank aan de Lutmastraat 61a. De Pijp Krant ging langs om de stemming te peilen.

Als twee chirurgen in een veldhospitaal staan twee reparateurs over een opengeschroefde papierversnipperaar gebogen.
Ze kijken niet blij. ”Ik geef het op,” zucht de één, “er is niks meer aan te doen.” De eigenaresse, die het apparaat hoopvol naar het Repair Café heeft gezeuld en die even tevoren de mannen nog vrolijk grappend en dansend aanmoedigde, laat nu haar schouders zakken. “De machine is dood,” zegt ze berustend. “Ze hebben gedaan wat ze konden.”

Maar dan steekt de tweede reparateur nog éénmaal een spanningzoeker in een onderdeel dat aan twee draden naar buiten hangt en klinkt er opeens een kermend geluid uit de ingewanden van de versnipperaar. Langzaam komen de tanden van het gevaarte in beweging. “Hij leeft!” roept iemand. Het apparaat braakt een wolk snippers uit en begint steeds harder te draaien. Iedereen juicht.

Het is maar één van de vele wonderen die op de laatste zondag van de maand in het Repair Café plaatsvinden. Hier geeft een oud cassettedeck opeens weer muziek, een tafel verderop raakt een vastgelopen muziekdoosje aan de praat. Het gejubel en innige omhelzingen zijn niet van de lucht. Maar soms moet toch definitief afscheid worden genomen van een geliefde waterkoker of een antieke Singernaaimachine. Gelukkig vatten de klanten het elke keer sportief op: het was het proberen waard. ”Fantastisch initiatief”, zegt een bezoeker terwijl hij de verrichtingen van een elekronica-expert van dichtbij volgt. “Zelf kan ik er niets van, ik zou niet weten waar ik moest beginnen. Maar deze mannen en vrouwen zijn nergens bang voor!”

‘Veel van onze bezoekers hebben het niet breed, en dan is het juist belangrijk om ze keurig te kunnen ontvangen.’

Veel - vooral moderne - spullen lijken inderdaad een onneembare vesting. “Fabrikanten hebben liever dat we een nieuw apparaat kopen als er iets stuk gaat,”weet één van de klussers. “Maar met een schroevendraaier en een dosis lef kom je overal in, hoor. Daarna is het natuurlijk wel de vraag of je ziet waar het defect zit. Een compleet doorgebrande motor, daar doe je niets meer aan. Maar meestal zit er alleen een draadje los of heeft een zekering het begeven. Of er zit gewoon een hoop viezigheid tussen de onderdelen.”

Het eerste Repair Café werd in 2009 opgericht door Martine Postma in AmsterdamWest. Het jaar daarop start Natuur- & Milieuteam De Pijp er een in onze eigen wijk, tegelijk met de oprichting van de landelijke stichting Repair Café. Sinds die tijd schieten de aangesloten locaties als paddestoelen uit de grond. In Amsterdam, in heel Nederland en wereldwijd van Sao Paolo tot Portland, Oregon. Elke afdeling drijft gewoon op lokaal initiatief, want dat is - naast de lol, de kostenbesparing en het milieuvoordeel van repareren - één van de belangrijkste doelen van het Repair Café: het bevorderen van sociale cohesie. Of in normaal Nederlands: buurtbewoners die samen een klus klaren. Gratis of hooguit voor de kosten van een snoertje of een paar batterijen.

In De Pijp wordt het Repair Café onder andere gesteund door het Huis van de Wijk en doen ook de Regenbooggroep en de Voedselbank mee.

Marius Singel is coördinator van de Voedselbank. Hij is blij met de komst van het Repair Café op zijn terrein: “Het past goed bij elkaar, het gaat om hergebruik in plaats van weggooien.” Hij is trots op de opknapbeurt die het oude gebouw momenteel ondergaat en waar het Repair Café van profiteert. “Er is een betonvloer in het gebouwtje gelegd waar nog laminaat op komt, en het buitenterrein wordt opgehoogd. Zo worden we toegankelijker, hebben we geen last meer van muizen en water en ziet het er gewoon netjes uit. Veel van onze bezoekers hebben het niet breed, en dan is het juist belangrijk om ze keurig te kunnen ontvangen.”

Er zijn al veel mooie woorden gesproken en geschreven over het Repair Café. Martine Postma viel in de prijzen (o.a. de Gouden Wimpel van de Postcodeloterij) en staat hoog in de duurzaamheidslijst van dagblad Trouw. Allerlei instanties en overheden steken de loftrompet over het initiatief. Volkomen terecht, maar aan de tafels van het Repair Café gaat het gewoon om een oude haardroger die er na veertig jaar de brui aan heeft gegeven. “Een nieuwe kopen?” vraagt de eigenaar verbaasd. “Eerst maar eens kijken of hij niet aan de praat te krijgen is.”

En verdraaid, hij doet het weer. “Op naar de volgende veertig jaar!”