Historisch buurtschap Meerhuizen en ongelijke stoepen

Marja en de Stoepen

Wie wel eens in de smalle straatjes net ten zuiden van de Ceintuurbaan ter hoogte van de Amstel is geweest, heeft zich daar misschien geërgerd aan de wisselende stoephoogten. Met kinderwagens, rollators en rolstoelen is het al moeilijk genoeg een doorgang te vinden door alle fietsen en andere ongeregeldheden, en dan is het ook nog oppassen voor die ongelijke stoephoogten. Toch is dit geen achterstallig onderhoud, het is historisch zo gegroeid.

Dit stukje Pijp was vroeger het buurtschap ‘Meerhuizen’ en bevond zich grofweg tussen de Ceintuurbaan en Lutmastraat. Het liep van de Amstel tot iets voorbij de Van Woustraat, net over de grens van Amsterdam, in de gemeente Nieuwer-Amstel (nu Amstelveen).

Meerhuizen
Omdat in Meerhuizen minder belasting werd geheven en toch vlakbij Amsterdam lag, was het een aantrekkelijke plek voor ambachtslieden. Hun woninkjes en werkplaatsen lagen aan de paden langs de ontginningssloten, die van de Amstel naar de Boerenwetering liepen. De oude namen van deze paden herinneren nog aan de beroepen die er werden uitgeoefend, zoals het Hoedenmakerspad (Van Ostadestraat), Ververspad (Tolstraat), Kuiperspad (Kuipersstraat).

Halverwege de 19e eeuw was dit gebied het dichtstbevolkte deel van NieuwerAmstel. Er was een complete ‘polderwijk’, ontstaan waar veel nijverheid en industrie was. De grond was goedkoop en er was ruimte en een gunstig belastingklimaat. Maar het lag ook tegen de grens met Amsterdam, waar geen ruimte meer was...

Annexatie
Na twee eeuwen van economische neergang en verval beleefde Amsterdam halverwege de 19e eeuw een economische opleving en verdubbelde het aantal inwoners. De stad zat opgesloten in 17e-eeuwse grenzen en had dus dringend grond nodig, zowel voor woningen als bedrijven.

Midden jaren ‘70 van de 19e eeuw startten de onderhandelingen met NieuwerAmstel over het annexeren van het noordelijk deel van hun gemeente, dat aan Amsterdam grensde. Veel bewoners van het buurtschap Meerhuizen, die de stad waren ontvlucht vanwege de hoge belastingen, zagen de bui al hangen en verzetten zich hevig.

Nieuwer-Amstel saboteerde de annexatie waar mogelijk met de uitvoering van een aantal openbare gebouwen vlak bij de gemeentegrens. Zo verrees een nieuw raadhuis aan de Amsteldijk hoek Tolstraat (nu het Pestana hotel) in de hoop de annexatie zo tegen te houden.

Polderpeil
Maar in 1896 wordt Nieuwer-Amstel uiteindelijk toch geannexeerd. Daarbij is Amsterdam wel gebonden aan bestemmingsplannen en afspraken die Nieuwer-Amstel voorafgaand aan de annexatie nog met grondeigenaren had gemaakt, zoals vergunningen voor de bouw van woningen, bedrijfsgebouwen en de bijbehorende infrastructuur. Nieuwer-Amstel zelf bezat weinig grond en grondeigenaren hadden dus het laatste woord. Daar had Amsterdam rekening mee te houden. Daarbij speelde ook nog een huizenhoog probleem: NieuwerAmstel lag op polderpeil, Amsterdam op het hogere stadspeil, omdat de stad was opgehoogd om vocht en verzakking van huizen tegen te gaan.

De Van Wou als een dijk
Ophoging van Meerhuizen ging echter moeilijk vanwege de bestaande bebouwing en infrastructuur. Omdat uitkoopregelingen en onteigeningsprocedures te duur waren, besloot het stadsbestuur de bestaande bebouwing en het aanwezige stratenpatroon in het uitbreidingsplan op te nemen. Het plan was om die huizen geleidelijk aan te vervangen en de straten dan op te hogen.

En zo gebeurde het ook. Waar mogelijk hoogde Amsterdam stukken bouwgrond op. Nieuwe huizen op stadspeil stonden naast oude woninkjes in straten op polderpeil. Er waren trappen nodig om naar de voordeur te komen. De Van Woustraat was al aangelegd en liep als een dijk door de wijk. De bestaande zijstraatjes gingen steil naar beneden. Geleidelijk aan kwamen er steeds meer nieuwe huizen en werden de straten opgehoogd. De overgebleven woninkjes op polderpeil kwamen zo lager dan de straat te liggen. Soms werd er een hek gezet, om niet te vallen, want het verschil tussen stadspeil en polderpeil kon wel enkele tientallen centimeters bedragen.

Polderhuisje
En hoe is het nu?
Hier en daar schemert het verleden nog door, zoals bij een aantal lager gelegen huisjes en de ongelijke stoephoogten in de straten tussen de Van Woustraat en de Amstel, zoals de Van Ostadestraat, Kuipersstraat en Rustenburgerstraat. In de Rustenburgerstraat is ook nog enigszins zichtbaar dat de straat bij de Van Woustraat richting Amstel afloopt. En ook het enige overgebleven oude polderhuisje herinnert aan het oude Meerhuizen. Het huisje staat er nog, met de voordeur lager dan de stoep.