Diehards in De Pijp

De Pijp verandert in razend tempo. Dat is vooral te zien aan het winkelaanbod. Kleine ondernemers kunnen de snel stijgende huren niet meer opbrengen, waardoor het grote geld de overhand krijgt. Waar De Pijp ooit bekend stond als het Quartier Latin van Amsterdam, is in sommige straten al een duidelijke verschraling te zien doordat eigenzinnige en creatieve winkels worden weggedrukt door grote ketens. Gelukkig is er ook nog een aantal kleine ondernemers die het wél volhoudt: winkeliers met een lange staat van dienst en een bijzonder aanbod; eenpitters of winkels met een kleine hechte groep medewerkers. Ze hebben een verschillende ontstaansgeschiedenis, maar een gemeenschappelijke noemer: zij zijn er nog steeds!

Koert van Egmond zwaait sinds 2008 de scepter over bakkerij Venekamp in de Ferdinand Bolstraat, een bakkerij die in 1897 door de familie Venekamp is opgericht. De afgelopen jaren heeft Koert veel in de buurt zien veranderen. Vooral de aanleg van de Noord/Zuidlijn bracht veel reuring. De bakker en zijn gezin moesten hun huis boven de winkel uit en de bakkerij moest tijdelijk elders worden voortgezet. Maar de komst van de nieuwe metrolijn bracht ook voordelen met zich mee: het was mogelijk om onder gunstige omstandigheden de zaak opnieuw in te richten en te vernieuwen. “Er staat nu een pand dat aan alle moderne eisen voldoet, ook voor het personeel.” Om bestaansrecht te behouden in de rap veranderende Pijp heeft Koert een aanbod dat aansluit bij de wensen van de klant, zeg maar het het meergranenbrodenassortiment. “En de klanten treffen steeds vertrouwde gezichten. Het merendeel van het personeel werkt al jarenlang bij de bakkerij”. 
Het pand aan de Ferdinand Bolstraat is in bezit van de familie; hoge huren hoeven dus niet te worden betaald. En alle taarten die niet worden verkocht? “Die geven we regelmatig aan een stichting voor dak- en thuislozen.”

Defensief openingsbeleid
Een paar honderd meter verderop, in de Eerste Sweelinckstraat, is al 25 jaar De Emaillekeizer te vinden. Toen Mandy Elsas 25 jaar geleden de deuren van De Emaillekeizer opende, was de buurt verpauperd. Dat waren rauwe tijden in De Pijp. Nu is er veel van hetzelfde, wat winkelaanbod en klanten betreft.
Mandy startte in de jaren negentig met het invoeren van emailleproducten uit China. In zijn latere reizen naar Afrika stuitte hij ook op emailefabrieken in Ivoorkust.
Of hij iets merkt van de veranderingen in buurt? “Ja”, zegt Mandy. “Er komen steeds meer toeristen, in de buurt en in mijn winkel. Als ik mijn producten breeduit op straat uitstal, genereert dat een stroom van toeristen die de winkel alleen maar in- en uitloopt.”
Echt geïnteresseerde klanten bereikt hij met de deur op een kier en maar een paar producten op straat. “Dan komen er klanten binnen die echt op zoek zijn naar iets. ‘Defensief openingsbeleid’ noem ik dat.”
Door voor een wisselend aanbod te zorgen en te mikken op spullen waar vooral in de zomertijd vraag naar is, houdt Mandy zich staande. Ook staat hij deze zomer weer op de markt, waardoor hij potentiële klanten naar zijn winkel kan verwijzen. Bovendien levert hij vanuit zijn groothandel aan hotels, restaurants en cateraars. Ook dat is van groot belang voor een stabiel inkomen.

Mazzeltje
Marcel Dikstra, al ruim twintig jaar de eigenaar van Fenix Books in de Frans Halsstraat, merkt ook dat het winkelend publiek de laatste jaren is veranderd. Voorheen bestonden zijn klanten vooral uit buurtbewoners, maar de meesten van hen zijn vertrokken. De buurt wordt overgenomen door Airbnb’s en expats en daar verkoopt hij nauwelijks aan. Toch biedt deze ontwikkeling ook kansen: “Als de expats weer weggaan, komen ze hier hun boeken dumpen. Ik kan niet verkopen zonder inkoop, dus op zich is dat niet slecht.” De toename van het aantal toeristen compenseert bovendien het verlies van oude klanten. Om hen beter te kunnen bedienen, heeft Marcel zijn aanbod enigszins aangepast en ook met de inrichting van zijn etalage probeert hij in te spelen op het nieuwe publiek. Zo heeft hij bijvoorbeeld veel meer Engelse boeken.
Om hem heen ziet Marcel wel dat niet iedereen de veranderingen het hoofd kan bieden. Hij heeft veel collegaondernemers noodgedwongen zien vertrekken als gevolg van het veranderende publiek en de stijgende huren. “Ik vind dat wel jammer, want dan houd je alleen maar grote ketens of hippe dingen over, waar je als bewoner vaak niet op zit te wachten.” Dat hij er zelf nog is, heeft hij te danken aan een mazzeltje van de woningbouwvereniging waarvan hij de winkel huurt: “Ik heb een paar jaar geleden een vast contract gekregen, wat heel bijzonder is. Was dat niet het geval geweest, dan zou er ook voor mij een moment zijn gekomen waarop ik de deur van mijn winkel dicht moest doen.”

Economische troeven
De gebiedsagenda 2019 van stadsdeel Zuid mikt op gevarieerde winkels en ruimte voor ambachtelijke bedrijvigheid in De Pijp: ‘De economische troeven van De Pijp’. Men wil het ondernemersklimaat bevorderen door samenwerking tussen ondernemers te stimuleren en gezamenlijke initiatieven ter verbetering van de winkelgebieden ondersteunen. Dat klinkt mooi, maar het is afwachten of de diehards van De Pijp daar iets van gaan merken.