De kinderen van De Pijp

Hartje winter zijn de kids natuurljk met zijn allen te vinden op het ijs. Hier in het Sarphatipark

Hoe is het om als kind in De Pijp te wonen? Wat vinden kinderen leuk aan de buurt en wat missen ze?

Arbeidersbuurt
Honderd jaar geleden was De Pijp een echte arbeidersbuurt, waar ontzettend veel kinderen woonden. De huizen waren vaak kleiner, grote gezinnen woonden vaak op een halve woning. Voor kinderen was er thuis weinig plaats om te spelen, dus er werd veel meer op straat gespeeld. Daar was wel ruimte, want auto’s zag je toen nog bijna niet. Op straat was altijd wel iets te beleven. Veel mensen verdienden hun geld langs de straat: de schillenboer, de melkboer, de voddenkoopman en de straatventer. Ook draaiorgels, straatmuzikanten en -artiesten kwamen regelmatig door de straat. Kinderen speelden met hun tol, hoepel of diabolo. Andere kinderspelen uit die tijd waren schuilhokje, diefie met verlos, pinkelen, slagbal en bokspringen. En natuurlijk werd er ook veel geknikkerd en gevoetbald. Bij het voetballen werden de petten van de jongens op twee hopen gegooid, die dienden als doelpaal. De ene hoop lag op het putdeksel in het midden van de straat en de andere hoop op de stoeprand.

Er was in die tijd zelfs nog ‘echte natuur’ in De Pijp. Het stuk land achter de Rustenburgerstraat was onontgonnen, er waren weilanden en sloten en dit was voor kinderen natuurlijk een heerlijk speelterrein. Het werd ‘t Zwarte Land genoemd en dit was ideaal om te voetballen, fikkie te stoken of slootje te springen.

Speelplekken die er toen al waren en er nu nog steeds zijn, zijn het Sarphatipark met de zandbak en het Hendrick de Keijserplein. De speeltuinvereniging Hendrick de Keijser hoopt binnenkort haar 100-jarig bestaan te vieren.

Jaren ‘70
In de jaren zeventig woonden er meer dan 40.000 mensen in De Pijp en het aantal auto’s in de buurt was enorm. Door de grote gezinnen en kleine en slechte huizen was de speelruimte voor kinderen thuis nog steeds beperkt en op straat was er ook weinig plek. Overal reden auto’s en stonden auto’s geparkeerd en de stoepen lagen vol hondenpoep. Buurtbewoners en hun kinderen uit De Pijp pikten dit niet langer en kwamen in actie. Zij eisten meer speelruimte en een terugdringing van het autoverkeer in de buurt. Een mooi tijdsbeeld waar deze problematiek aan de orde komt geeft de documentaire ‘Namens de kinderen uit De Pijp’ (1972) die je op YouTube kunt bekijken.

Kinderen van nu
Anno 2012 kunnen we vaststellen dat veel straten éénrichtingverkeer zijn geworden en er zelfs stukjes straat autovrij zijn. Desalniettemin is de ruimte op straat nog steeds beperkt en neemt de auto een dominante plaats in het straatbeeld in. Er wonen nu zo’n 30.000 mensen in De Pijp en veel woningen zijn verbeterd. De kleinere gezinnen hebben tegenwoordig grotere woonruimte en daardoor hebben kinderen binnenshuis meer speelruimte gekregen. Je ziet dan ook minder kinderen buiten spelen dan vroeger. Toch blijkt, ondanks de populariteit van de computer en de televisie, dat kinderen nog steeds graag buiten spelen. Nu is het echter meer een vrijwillige keuze.

Om een beeld te krijgen van wat de kinderen van De Pijp in 2012 van hun buurt vinden en wat zij graag doen laat ik ze zelf maar aan het woord.

‘Zijn favoriete winke is de Action’

Zita is 9 jaar en vindt De Pijp een heel leuke buurt, waar veel activiteiten worden georganiseerd, zoals het Nazomerfestival. “Mijn favoriete plekken in de buurt zijn het Sarphatipark en de Albert Cuypmarkt. Op de markt is het altijd druk en ik houd wel van drukte”. Wel vindt ze dat er te veel auto’s zijn in de buurt. “Die zorgen voor luchtvervuiling”.

Mila woont in de Lutmastraat, is 5 jaar en houdt heel erg van buiten spelen. Zij speelt graag in ‘de grote speeltuin’ (Hendrick de Keijserplein) en in het Sarphatipark. En skeeleren met mama. “Mijn favoriete winkel is Louise (bloemenwinkel op de Van Wou), omdat ik daar altijd een bloem krijg en ik houd van de Albert Cuyp, want daar kun je hééééle leuke dingen kopen en daar eten we altijd een saoto-soepje in de Surinaamse winkel. Wat ik mis in de buurt is het circus en een speeltuin met een reuzenrad”.

Rosa is ook 5 en woont op het Van der Helstplein. Zij speelt graag buiten op het plein. “Het is ruim, er staan veel mooie bomen en je kunt er veel dingen doen, zoals verstoppertje, tikkertje, viesland-lekkerland (ook wel vies-en-lekkertje genoemd) en skaten. Mijn lievelingswinkel is bakker Iambe (op het Van der Helstplein), want die hebben zulke lekkere koekjes!”.

Meeuw is 13 jaar, werkt als jeugdvrijwilligster bij de kinderboerderij en vindt de buurt ‘best leuk’. “Wel een beetje irry dat er zoveel lawaai is”. Zij zou wel graag wat meer vuilnisbakken willen zien op straat. En een snoepautomaat en een zwembad in De Pijp. Haar favoriete plek is de steiger bij het Okura Hotel.

Nancy is 10 en woont in de Eerste Jan Steenstraat. Zij vindt het een leuke buurt, maar ergert zich eraan dat veel fietsen worden ‘vernaggeld’. Haar lievelingsplek is het Sarphatipark, want daar is het zo lekker rustig. De buurt mist wel een speelplein met trampolines en andere speeltoestellen en een voetbalveld, want dat is ineens weggehaald van het Hercules Seghersplein. Haar favoriete winkel is de Coop, want dat is een gezellige winkel.

Bram is 9 jaar en woont in de Quellijnstraat. Zijn favoriete plek is het Sarphatipark. “Er zijn niet zoveel flats daar, maar gewoon natuur”. Hij vindt het jammer dat het zo druk is in De Pijp. “Er zijn zoveel mensen op straat!” Hij winkelt het liefste bij Intertoys en Bart Smit.

Benjamin is 10 en woont in de Vincent van Goghstraat. Hij houdt van voetballen en verstoppertje spelen. Hij vindt het leuk dat er in De Pijp een sporthal is, maar mist een baan om te skateboarden. Zijn favoriete winkel is de Action.