Billardfabriek Wilhelmina al meer dan 100 jaar in De Pijp

Willem Boelen aan het werk

ALSOF DE TIJD ER HEEFT STILGESTAAN

Het Pijpjournaal, de voorloper van De Pijp Krant, besteedde al eerder aandacht aan de bijzondere billardfabriek Wilhelmina. In 1995 werd de toenmalige eigenaar Cees van Oosterhout in de krant geportretteerd. Intussen zwaait een nieuwe generatie Van Oosterhout de scepter aan de Stadshouderskade 127, het adres waar de in 1898 opgerichte biljartfabriek sinds 1911 is gehuisvest. Het zijn de junioren Paul, Robèrt en Isabelle, allen 50+, die nu het roemruchte bedrijf van hun vader Cees bestieren.

Een paar jonge mannen staan gebogen over een miniformaat pooltafel en proberen die uit met deskundige uitleg van Paul. Het is een verrassende aanblik, omdat het statige pand vaak een lege en verstilde indruk maakt, alsof de tijd er heeft stilgestaan.

Het tegendeel is waar. In de directiekamer halen Paul, Isabelle en later ook Robèrt van Oosterhout naar hartenlust herinneringen op. Over hun familie, over de toernooien die zij met hun vader bezochten, over de prachtige biljarts in de cafés om de hoek. Paul, de meest spraakzame van het stel, somt ze in één adem op: ”Allemaal binnen een straal van 1 kilometer, om de hoek bij ons bedrijf.” Op de achtergrond klinken werkgeluiden en in de winkel vertrekt een verdwaalde passant weer. “Er schuifelt hier van alles naar binnen”, zegt Isabelle.

Vermaarde biljartkampioen
Oprichter en eerste eigenaar van Billardfabriek Wilhelmina was Isaac Salomons die een belangrijke basis voor het bedrijf legde. Ondanks de destijds moordende concurrentie en het gebrek aan aanbod van zogeheten bijproducten, zette hij een goed lopend bedrijf op poten. Tijdens de Tweede Wereldoorlog werd de fabriek onteigend. Isaac Salomons en zijn vrouw werden gedeporteerd naar Theresienstadt; alleen de vrouw van Isaac overleefde. Het was zijn neef Jacques Salomons die er na de oorlog voor zorgde dat het bedrijf weer in handen van de familie kwam, maar door gebrek aan een opvolger, werd Wilhelmina in 1963 verkocht aan Cees van Oosterhout. Die genoot indertijd grote bekendheid als biljartkampioen, met successen in binnen- en buitenland. Cees van Oosterhout wist zijn biljartcarrière te combineren met de zorg voor de zaak. Hij voerde een sterke PR en had een breed netwerk.

Vrouwelijke topper
Ooit was biljart een sport voor de adel, mannen én vrouwen. Hoe is
dat nu? Isabelle: “Het blijkt moeilijk om jongeren voor biljart te interesseren. Het is een technisch moeilijke sport en het heeft tijd nodig om het onder de knie te krijgen. Wat ook speelt, is dat jongeren minder op locaties met een biljarttafel komen. Bovendien worden veel biljarts ingeruild voor pooltafels. Dat spel is populairder.” Wel blijkt Nederland een jonge vrouwelijke topper te hebben.
Thérèse Klompenhouwer beoefent de biljartsport op hoog niveau en
is daarvoor onlangs onderscheiden. Sinds een paar weken heeft Wilhelmina een sponsorovereenkomst met dit talent. “Als zij doorbreekt, zou zij een mooi voorbeeld zijn voor meer vrouwen in de biljartwereld”, zegt Paul. En mogelijk ook voor meer jongeren.”

Ontstresser
Isabelle: “Bij biljarten moet je de patronen leren ontdekken waarlangs het spel gespeeld moet worden. Het vraagt veel concentratie, maar een voordeel is dat je het alleen kunt spelen. En, vult Paul aan, “het werkt goed als ontstresser. Het zijn dan ook vooral mensen met hectische beroepen, zoals chirurgen en advocaten, die thuis een biljart hebben staan. Die zeggen: ‘laat mij maar even een half uurtje biljarten, dan ben ik los’. Ook bij de luchtverkeersleiding staan een pool- en een carambolebiljart. Na twee uur intensief werken, kunnen medewerkers daar even ontspannen. Hetzelfde geldt voor bedrijven op de Zuidas. Bij de financiële instellingen waar die jongens continu met dat flitsgeld bezig zijn.”

Streepje voor
De klantenkring van Wilhelmina is heel divers en is verspreid over heel Nederland: cafés, biljartverenigingen, zorgcentra, tennisclubs, sporthallen, particulieren. Paul: “Internationaal is het wat minder geworden; het vraagt teveel begeleiding. Wij hebben hier een goede markt, waarmee wij het bedrijf van deze omvang kunnen houden. ”Het geheim van de Van Oosterhouts is daarbij een goede en gedegen service. Vaste klanten hebben altijd een streepje voor; sommigen komen al 30, 40 jaar bij ons. Maar nieuwe klanten zijn uiteraard ook welkom.”

Keutje uitzoeken
De Pijp is een hele leuke werkplek, vindt de familie eensgezind. Isabelle: “Meneer komt hier zijn keutje uitzoeken en mevrouw gaat nog even de markt op. Met een mooi café om de hoek. Nee, het is bepaald geen straf om hier te werken.”