Beeldschone volkshuisvesting in De Pijp - 100 Jaar De Dageraad
Art deco voor arbeiders
In één van de voormalige winkelruimtes van het complex is sinds 2012 het Bezoekerscentrum De Dageraad gevestigd. We ontmoeten daar Ton Heijdra en Ronald, bewoner van het complex. Ton is de auteur van het boek met de eenvoudige titel “De Dageraad”. Het staat vol met prachtige Amsterdamse School foto’s. Hij is al jaren een van de chroniqueurs van onze stad en schreef ook een paar boekjes over De Pijp. De Dageraad moet wel bijzonder zijn, als je er een heel boek aan kunt wijden. “Dat is het ook”, zegt Ton. “De nieuwe architectuur uit die tijd, art nouveau of art deco genoemd, was duur om te bouwen. Vooral de elite liet in deze stijl zijn villa’s ontwerpen. Dat het Dageraad complex, bedoeld voor arbeiders, óók in die stijl gebouwd werd was heel bijzonder.
Wibaut
Als het over volkshuisvesting in Amsterdam gaat, dan komt vroeg of laat de naam Floor Wibaut naar voren. Hij bemoeide zich ook met de ontwikkeling van het Dageraad complex. Hij vond dat woningen voor arbeiders niet alleen goed moesten zijn, maar ook mooi. Wibaut was niet voor niks voorzitter van de Vereeniging Kunst aan het Volk Amsterdam. Het is niet meer goed te traceren, maar Ton is er van overtuigd dat Wibaut grote invloed had op de keuze van Michel de Klerk als bouwheer van het complex. De Klerk had naam gemaakt door zijn betrokkenheid bij de totstandkoming van het Scheepvaarthuis, ironisch genoeg gebouwd in opdracht van het grootkapitaal van de stoomvaartmaatschappijen. Die bouwkunst wilde Wibaut ook voor zijn arbeiders. “Bovendien”, voegt Ton er met een grijns aan toe, “dit socialistisch kunstwerk moest natuurlijk mooier worden dan wat de katholieke woningcoöperaties aan het bouwen waren.”
Emotie
Het bijzondere is dat de ordening van bakstenen en dakpannen van De Dageraad allerlei emoties bij mensen oproept. “De liefde, de zuiverheid, de bezieling en de volkomen harmonie tusschen de grootste lijnen en geringste details”, schreef Wibaut bij de dood van Michel de Klerk in 1923. Bij de oplevering na de restauratie begin jaren ’80 zei die andere sociaaldemocratische voorman Joop den Uyl dat het complex “vriendschap, verbondenheid en broederschap; de grondslagen van het socialistische denken” uitstraalde. Weliswaar gespeend van rode ideologie uiten Ronald en Ton zich ook in dergelijke termen. Ton: “Het is de afwisseling die nooit gaat vervelen. Het is als een schilderij waar je naar blijft kijken en je ziet steeds weer iets nieuws.” Ronald benadrukt juist de harmonie en de rust: “Als je hier de straat inloopt krijg je een ander gevoel. Je gaat zelfs zachter praten.”
Ervaar het zelf
Michel de Klerk en Piet Kramer, de mede-schepper van het complex, lieten hun geesten waaien. In de historisch architectonische afwisseling van ingetogen en uitbundige stijlen hoorde de Amsterdamse School duidelijk tot de laatste stroming: een stel romantici die hun gebouwen lieten golven, de bakstenen in alle verbanden lieten spreken en op precies gekozen plekken met speelse detaillering accenten gaven.
Loop eens op een mooie dag de Pieter Lodewijk Takstraat in en zoek daarna het beeldhouwwerk in de gevels aan de Henriëtte Ronner en Thérèse Schwartzepleinen. Loop gerust naar binnen bij het Bezoekerscentrum aan de Burgemeester Tellegenstraat 128. Het is open van donderdag t/m zondag, met rondleidingen op de hele uren. Je wordt hartelijk verwelkomd door vrijwilligers, die trouwens altijd op zoek zijn naar collega’s.
Belangstelling? Stuur een mail naar info@hetschip.nl.