2x5 - Opstapje naar zelfredzaamheid

Shanti Groag: “‘Maak er iets moois van’, ‘pluk de dag’, ‘zet hem op’, ‘ga ervoor’

Shanti Groag is projectcoördinator Avalon (project voor integratie van migrantenvrouwen), onderdeel van Participatie en Activering Combiwel, regio Zuid & Nieuw West Combiwel. Zij is de zevende en laatste persoon die in de serie 2x5 aan het woord komt. 2x5 is een portret aan de hand van twee maal vijf vragen: vijf over de persoon en vijf over het beroep.

Naam: Shanti Groag
Geboren: Heerlen, 1983
Is: projectcoördinator Avalon (project voor integratie van migrantenvrouwen), onderdeel van Participatie en Activering Combiwel, regio Zuid & Nieuw West Combiwel

PERSOON
1 (Hobby)
“Ik hou heel erg van reizen. Tot vier weken is een bestemming in het buitenland voor mij vakantie, heb ik langer de tijd dan spreek ik van reizen. Eens in de twee jaar wil ik reizen. Latijns Amerika is favoriet. Vooral Colombia sprak me erg aan. Het land heeft een slechte naam vanwege de drugs en de misdaad, maar tijdens mijn verblijf heb ik me geen moment onveilig gevoeld. Het land is zich snel aan het moderniseren. Het is er nog niet zo toeristisch, waardoor je echt met de mensen in aanraking komt. De bevolking is er ongelooflijk gastvrij.”

2 (Inspiratie) “Het liefst laat ik me door verschillende mensen inspireren. Ik ben altijd nieuwsgierig naar de drijfveren van mensen: zijn ze erg commercieel ingesteld of zijn ze juist maatschappelijk betrokken. Che Guevara is een goed voorbeeld. Zijn reislust schept een band, maar ik waardeer hem vooral vanwege zijn gedrevenheid. Een groot strijder tegen onrecht.”

3 (Motto) “Ik hou van opbeurende, stimulerende opmerkingen. Dan komen alle clichés voorbij: ‘Maak er iets moois van’, ‘pluk de dag’, ‘zet hem op’, ‘ga ervoor’. Simpel, maar efficiënt.”

4 (Buurt) “De Pijp is de buurt waar een buurtkapper naast een trendy biologische bakker kan zitten. Je hebt er het meer volkse Amsterdam van de Albert Cuyp en daarnaast de heel hippe tenten. De Pijp is levendig en divers.”

5 (Droom/visioen) “Ik hoop dat we veel van elkaar kunnen blijven leren en dat we verder kijken dan de vooroordelen. De nadruk moet komen te liggen op wat mensen voor elkaar kunnen betekenen en zich daarvoor inzetten. Ik hoop dat er voor alle nieuwkomers die het eventjes niet lukt voorzieningen zullen blijven om ze op gang te helpen.”

“Dertien jaar lang was ze de slavin van haar schoonfamilie. en nu redt ze zich in het nederlands en heeft ze zelfs een baan. Dat zijn de successtory’s.”

BEROEP
1 Wat doe jij als projectcoördinator Avalon? “Avalon is een project dat vrouwen die niet in Nederland zijn geboren helpt om deel uit te maken van de gemeenschap, te participeren dus. Ik werf deelnemers voor de trainingen die we geven, doe de intake en organiseer alles om die trainingen heen. Ik selecteer de trainers, ondersteun ze en zorg voor ruimtes en materialen. Verder betrek ik er vrijwilligers bij, doe de voorlichting en begeleid elke stap in het proces. Daarnaast wordt er van mij verwacht dat ik eventuele problemen oplos, alle contacten onderhoud en de processen analyseer. Zo hou ik een heel netwerk in stand.

2 Wat is je doel en de doelgroep? “Het is mijn werk om vrouwen die naar Nederland zijn gekomen te helpen bij hun ontwikkeling en zelfredzaamheid. Er zijn twee trainingsniveaus. Met ‘Vrouwen Actief‘ krijgen vrouwen de mogelijkheid om de Nederlandse taal te oefenen. Sommige vrouwen spreken gebrekkig Nederlands of moeten leren hun schroom te overwinnen om de taal ook daadwerkelijk te spreken. Met ‘Opwaarts’ richten vrouwen zich direct op de toekomst. Ze leren hun kwaliteiten te ontdekken en deze ook in te zetten.

Ik begin met een intakegesprek. Het gaat om vrouwen tussen de 18 en 55 jaar. Sommigen zijn nog maar enkele maanden in Nederland. Anderen al vele jaren. Er zijn geen toelatingseisen, maar ze moeten wel bereid zijn om de training vol aan te gaan. Er zijn grote opleidingsverschillen tussen de deelnemers, maar ze maken allemaal vorderingen. Ze weten dat het beheersen van de Nederlandse taal van wezenlijk belang is om te integreren. Ik had ooit een vrouw op de training die al dertien jaar min of meer de slavin van haar schoonfamilie was. Ze werd gedwongen elke dag hun huis schoon te maken. Ze heeft hier veel zelfvertrouwen gekregen, redt zich nu in het Nederlands, durft in haar eentje over straat en heeft sinds kort zelfs een betaalde baan. Dat zijn de successtory’s.”

3 Hoe verdeel je de werktijd? “Ik werk 10 uur per week in De Pijp. Bereid veel voor en heb veel administratieve taken. Afspraken plan ik vaak tijdens de trainingen, maar voor of na de training ben ik er altijd. Ik wil de vrouwen zien en precies weten hoe het met ze gaat. Ik wil hun hele ontwikkeling volgen tot aan hun eindpresentatie. Dat bij alle vrouwen een geweldige kracht naar boven komt, is fijn om te volgen. Ik moet heel wat dingen regelen, maar het contact met de vrouwen is uiteindelijk waar het om draait.”

4 Hoe kom je met de vrouwen in contact? “Ik doe veel aan voorlichting. Ik kom op scholen en praat daar met ouders. Stap op speelplaatsen op vrouwen af en ga een gesprek met ze aan. Soms worden vrouwen door anderen doorverwezen of raak ik bij hen bekend door mondtot-mondreclame. En ik krijg tips als er ergens in de buurt activiteiten plaatsvinden, Daar speel ik dan op in.”

5 Wat raakt je in je werk? “De meeste vrouwen hebben heftige levensverhalen. Ik besef hoeveel geluk ik heb om in Nederland geboren te zijn. Ik ken het gemak van de eigen moerstaal. Voor mij was studeren vanzelfsprekend. Het is een verrijking om met andere culturen en ideeën in aanraking te komen. Het werk geeft me een echte energieboost. Voldoening krijg ik als ik hoor dat deelnemers met verschillende achtergronden elkaar na de cursus blijven ontmoeten. Ze gaan samen naar de markt, passen op elkaars kinderen en ik hoor dat ze vaak samen allerlei creatieve dingen ondernemen.”